Gewapend met paraplu gelukkig alleen maar als steunstok met steun van De Lijn ten andere landen getrokken in mn speurtocht naar een tweedehandsversie van een boek van Louise L Hay, in de verkeerde boekhandel gezocht waarschijnlijk. Donderdag Hasselt proberen. Als pijn van vandaag morgen geleden is. Wie gaat er ook op een regenachtige dinsdag namiddag twee bussen staan te missen op zoek naar een boek. Één Titel van die schrijfster gevonden. Een nogal dun ogend roze kafje met "leer je eigen lichaam lief te hebben", of zoiets. Wil eerder leren het te verlaten. Heb wel andere zwaar wegende titels gevonden die me aanspraken. Al op het gelijkvloers. Heb daarna nog ganse winkel uitgepluisd … En op pc laten zoeken. Niet bij hun in Maastricht blijkbaar. Je merkt blijkbaar wel een verschil tussen vlaamse en nederlandse intreresses.
Een geluk dat het net regende toen ‘k vanmiddag hier op m’n kot in Sintuije vertrok. Kwam op het idée van die overlaatst in een station ergens onderweg gevonden paraplu mee te pakken. En gelukkig niet zo’n plooiding. Moet er met m’n rood-groene pet op een manke stijve poot en een wandelparaplu uitgezien hebben als een parodie op dat mannetje -Charly Chaplin- dat zo’n honderd jaar geleden geleden een van de pioniers was van de stomme zwartwit films, dat net zoals luchtvaart en gemotoriseerd verkeer voor een nog steeds groeiende massa toegankelijk werd.
Tja, en en intussen hebben er enkele mensen zo’n schoenafdrukken -zoals ‘k nu aan rechtervoet nu ook zo’n gipsschoenje draag dat wel ergerns aan moonboots doet denken- op de Maan hebben achtergelaten. We leven intussen een ons overal omringend netwerk van kabels, micro-macro-midway-golven. We intussen overstelpt worden met een zo’n grote hoop info over wat er allemaal hier en ginder en aan de andere kant van de planeet en zelfs van het universum gebeurt.
Ja, ook niet zoveel jaren meer dan honderd geleden, was Maastricht nog een stukkie van België. En Voeren hebben we geweigerd mee aan de Hollanders af te staan. En nu roert het. Wallonië Vlaanderen. Maar héél stilletjes worden Limburgers, zowel belgische als nederlandse zich zich bewuster van hun onhafhankelijkhdswaarde te worden. De Republiek Limburg. Had zelf liever op een kleiner republiekje gehoopt. Een grote hoeve, een compound, een erf, een straathoek of een wijk desnoods. Zoiets als het oppervlak van de vleugels van vlinders, dat zich naar eender waar kan bewegen. Een republiekje, waarvan soms blaadjes van enkele bomen door de wind op de vreemdste plaatsen ter wereld kunnen terechtkomen. Maar Republiek Limbabwe lijkt me wel wat. Met zelfs Luik erbij natuurlijk. Libertyrijk dus. Libertyrijk dat overal ter wereld geldt in de omtrek van een limburger die zich eender waar ter wereld ook bevindt. En waar dus de Limburgse wetten gelden. Geen oorlog, geen honger en geen dorst in den omtrek, regelmatig goed bemesten, en niet teveel aandacht aan besteden. Zoals katten eigenlijk een beetje dus. ah, dan voeren wij de kattevlag, laat die vlamingen met hun leeuwen en die walen met hun hanen zich met hun eigen beesten bezig houden. In Limbabwe wonen Sutrakatten. Driekleurige mormels, ook wel lapjeskatten genoemd. Behalve de katers, die worden meestal de avond ervoor vooraf gegaan door roze olifantjes. Met een wandelstok. Of op skates, en zelfs zwevend.
Dus in Limbabwe hebben we vrijheid om overal rond te zweven en te zwermen, zwalpen, zwammen op zagemeel kweken, en nog vanalles wat honderd, allée twee-driehonderd jaar nog overal gewoon de gewoonte was. Nog nooit iets over legaliteit of illegaliteit gehoord. Familienamen is iets wat Napoleneon uitgevonden heeft, dacht ik? Maar m’n enceclopedistish geheugen kan er niet zometeen een andere naam of tijd opplakken.
Maar tot voor een halfjaartje heb ‘k aan de kanten van Gent gewoond, waar Keizer Karel nog geboren is. Lopen samen met de bruggenaars al sinds 1302 met goeiendags de fransche lelies achterna. En is er ooit een vandaal, de Dikke Van Dale z’n familie overigens die goedendag verkeerd vertaald heeft met iets wat lijkt op een ijzeren bol met pinnen aan eeen ketting en een stok. Denk ik.
En om over die twee enige boeken die ‘k uiteindelijk gekocht heb vandaag, en die had ‘k de eerst vijf minuten al gevonden, waaronder het allereerste boek dat ik zelf ooit van Stephen King gekocht heb. In z’n verdacht veel voorwoorden herhaalt hij dat dit boek volledig spontaan autobiografish is, tot op de vijftiende bladzijde de rest van z’n verhaal begint. En een ander boek van Bernard Jacoby bebint met als eerste hoofdstuk " HET BEWUSTZIJN BESTAAT ONAFHANKELIJK VAN HET BREIN" Iets confronterends denk ‘k. Ah, schrijver geldt als de belangrijkste thanatoloog van Duitsland. Donderdag ga’k zowieso naar Hasselt, daar is ook een Sleghte boekhandel. Die éne bepaalde boek zoeken: "Je kan je eigen leven helen", en misschien ‘ns kijken welke humor de belgische limbabwanen te bieden heb, voor ‘k uitbreidingsgewijs naar meer westelijke of noorderlijke De Sleghte’s bezoek. Spiraalsgewijs. Een kwart ervan toch.
Maar niet meer op m’n gipsen pootje. Behalve overmorgen in Hasselt, want daar hoef ‘k niet zover te lopen, en eventueel er een nachtje over doen om uit te rusten voor de terugreis naar deze appelhoofdstad van Sutraland, de Replubliek waaraan ikzelf ons Tullemie als strooien-poppen-kat als Presidente van de replubliek Sutraland. Het eerste dier als leider, leidster in Tull’s geval, van een zelfstandige, onafhankelijke Republiek met haar eigen grondwetten en zoals reeds gezegd mijn driekleurige straatkat die bijna zo breed is als ze lang is als gemachtigde en representant voor de Limbaabwaanse Republiek, kortweg: Tullemie Ptolemea , de regeneratie of reïncarnaite van van een egyptishe bezetter van het toendertijd nog niet bij name genoemde grondgebied dat later door de galliërs, en daarna door de romeinen en toen door de hunnen en de noormannen bezet geweest is en toen door de spanjaarden en de oostenrijkers, hollanders hebben hier gezeten (ben er verdomme nog geboren op de koop toe, in Holland), duitsers een paar keer, en nu zijn we ingenomen door een mengelmoes van kapitaalbezitters die via de zogenaamde "vrije-markt-economie" die ons als slaven geketend hebben door een overdaad aan luxe.
Heb onderweg in de bus zitten dromen over een land dat z’n gepensioneerden exporteert als lieve brave suikernonkels en tantes en tantes naar derde-wereld-landen, en wij ontvangen ook graag met open armen hun zieken en hongerigen om hen er terug bovenop te helpen. Al die ouwe peekes hier content dat ze ergens naar azië, afrika of zuidamerika mogen met behoud van hulle volle pensioen aangevuld met enige materiele steun, geleverd door onze oveheid. En alle afrikanen die willen mogen naar het "rijke" komen, want zo zouden we er eventueel aan kunnen denken om héél Afrika in een door de Unesco beschermd natuurgebied wordt, en alleen nog bewoond zal blijven aan hen die zo wijs zijn daar te blijven wonen. Dat er dan al eens zo’n oudje door een leeuw of een krokodil opgegeten wordt, ach ja, hij was al 97 jaar en begon de laatste tijd veel last van zijnen ouderdom te krijgen. God hebbe z’n ziel, en alweer een wild beessie dat ff een lekker vette maaltijd gehad heeft. Safarie in de vierde en vijfde dimensie. Het opnieuw geboren worden. De Finale van het Grote Vuurwerk bewonderen, en bij het volgende applaus begint alles weer te wriemelen en te leven, van voren af aan, vanaf de Big Bang, en waarom het een volgende keer eens niet vrede laten gebeuren, geen agressie en pijn en verdriet meer. Geen honger noch ziektes noch dood, noch drang naar macht, rijkdom of overwicht, geen afgunst en jaloezie. Ofwel proberen te tijd achterwaarts te laten draaien en ….
Het is over drieën ’s nachts, en onsTullemie is me al een paar keer komen aan m’n rug krabben om te zeggen dat het tijd om te gaan slapen is. Tijd om haar als verdedigster van de vrede en de vrijheid te trainen in gevechtstechnieken tegen de Bedmuis. Gewoon ff met mn nagels aan de lakens krabben, en ze komt vierklauwens op die muis gesprongen, duikt zelf alsof ze een mol in een mollepijp aan het vangen is een stuk onder het deken, tot ze ontdekt dat het mijn hand maar is die k onder de deken beweeg. En telkens trapt ze erin. Maar ja, ze is ook vijftig jaar jonger dan mij, m’n kat. Maar vannacht luister ‘k heerlijk met de koptelefoon op naar wat er uit mn uitgebreide verzameling maar te binnen schiet. Zoals nu Buenos Tardes Amigo van Ween.
En het boek over een troostrijk perspectief bij plotselijng overlijden en suïcde ligt hier halfopen voor mij. Die knal erna, dat bruisend voorwerk, gevolg door Hurt van Johnny Cash, en dan Turn the Page, woesh, naam ontschiet me, ben blij dat er verse thee naast me staat en geen fles Jack Daniels. En de koptelefoon dreunend luid op mn kop. Waar blijft mn moeheid weer vannacht? Tenzij de Duivelsverzen probeer verder te lezen, want dat bek heeft me nog niets gedaan dan verveeld. Dan kan ‘k beter een ouwe Brusselmans herlezen. Of anders toch maar aanbod van die serie boeken van Ernest Claes aannemen? En lekker tijdloos deze maand doorkomen, dan begint het ook terug langer licht te worden. Mn gipsie mag er over enkele weken af. Kan ‘k eindelijk beide voeten eens in een lekker warm bad onderdompelen. En lekker aller er uit laten doorbloeden. En een beetje krabbelen, hen totnutoe nog niet de neiging gehad om op zoek te gaan naar een breinaald of iets dergelijks. Maar wel naar condooms om te zien of ‘k er zo geen over m’n gips met sok erover getrokken krijg zonder dattie gaat lekken, maar misschien zijn ze over hun datum? Hoe lang blijft dat goed zo’n latex dingetjes? Heb vroeger van ouwe soldaten horen vertellen dat ze die dingen over de loop van hun geweer moesten trekken om het beschermen tegen binnendringend zand en water? Amai, ben al blij dat er dan no geen bajonet aan de uitgang van m’n gips staat. Hoewel, toen ik daarstraks bij het verversen van m’n kouwe door een op de chauffage voorverwarmde sok, merkte weer op hoezeer m’n teennagels op klauwen beginnen te gelijken, en hoe meer haar er op de bovenkant van mn voeten en tenen begint te groeien? Ben al blij dat ‘k m’n eigen rug niet kan zien, aan de achterkant heb’k een soort radar. Maar die radar zal niet veel meer betekenen als het waar is wat Tullemie me verwijt, en dat is dat ‘k Alzheimer heb, en vereten was nog niet zolang daarvoor eten gemeend gegeven te hebben. Vier uur, ga slapen Yakke, neem uw twee boeken mee, een glaasje water voor m’n inslapertje tegen dat’k moe gelezen ben, om dan te maken dat ‘k voor negen uur terug uit mn nest ben en al met een lekker koffieke in mijne zetel lig te tekenen of te lezen, en dat Tullemie al te eten heeft gehad, want tegen dan komt Josée van hieronder inspecteren of alles n orde is, en ze op haar gemakske een koffieke kan gaan drinken op de markt, op het één of ander verwarmd terras. Tja, kwestie van er geen gewoonte van te maken dat tegen dat ‘k opsta mn afwas gedaan, mn asbakken geleegd, Tull haar eten al gehad heeft, en ik alleen maar op het knopje van de waterkoker, een tas met een lepel Nescafe en drie klontjes suiker erin staat ernaast. Heb verleden week een voorraadje honing aangelegd, en eigenlijk drink liever mn koffie met honing, en een klein beetje chocola. Maar kan dat toch niet gaan vertellen hé? Maar na halftien kan ‘k nog een pitje maffen tot kort voor één uur. Kan ‘k ff naar het nieuws kijken om te zien of de wereld nog niet vergaan is, zal zo meteen ‘ns in China checken of de nieuwe dag daar al begonnen is. Ach, nee, ga vandaag niet meer online. Vannacht bedoel ‘k. M’n lijf roept erom om horizontaal te mogen liggen met mn voetje omhoog. Zal morgen wel zien of k ga vertellen of die dag inderdaad begonnen is en eventueeel toch minstens gepasserd. Half vijf, als ten achten wil wakker worden van hoog water, moet ‘k nog drie glazen en een half water drinken.En een banaan eten, wan heb buiten de koekjes bij de koffie vandaag, gister dus niets gegeten. Heb gelukkig geen honger, en morgen, straks dus duurt het toch weer tot ver na zonsondergang dat ‘k aan de ene of de andere hongerimpuls toegeef. Kan nu de muziek ff niet afzetten wegens dat wondermooie pianospel van Cat Stevens met Sad Lisa. Anyway, heb al twee volle glazen binnen, water. Nu die banaan nog zonder mn hele toetsenbord ermee te bekladden.
Intussen al helemaal woensdag geworden, kwart voor drie, namiddag. Nog voor ‘k een drietal uurtjes geslapen heb waren de werkmannen hiernaast al met veel kabaal hun dagtaak begonnen. Zou zo meteeen een siëstatje houden, ware het niet dat ‘k mn bioritme in de donkerste tijd van het jaar helemaal ga ontregelen. Heb toch al een chocomousse ontbeten. En twee koffies met honing en chocola. En een paar tikfoutjes proberen te verbeteren in het vorige nacht getypte. En er aan proberen te denken dat mensen liever leuke dingen lezen, over m’n avonturen op een oppervlakte van dertig vierkante meter met een rasechte straatkat die tevens President van de Republiek Sutraville, het alleen via de volledig omringende Republiek Limbabwe bereikbaar. Buiten een klein lek naar Vlaamsch-Brabant richting Tienen-Diest. Maar daar staat het vol bietenvelden en zijn de wegen constant door langzaamrijdende traktoren die hun lading suikerbieten naar Tienen en Oreye brengen. Daar waagt geen redelijk denkend mens zich doorheen. Honderden verkeerslichten en ronde punten en wegomleggingen maken het zo goed als onmogeluk om Sutrastad met slechte bedoelingen te bereiken.
De Dame, Mevrouw de President van de réreplubliek Sutraland komt net mededelen dat het buiten koud is, ten bewijze had ze een pels vol kouwe lucht van op het balkon meegebracht. Ze zo graag willen dat ‘k Haar een trapje naar het veluxraam teken, met een uitkijkkoepeltje, zodat ze vandaar kan uitkijken naar wat er aan de oostelijke zijde van m’n appartement allemaal te zien is. Eigenlijk staan die ramen een beetje hoog, zodat je op een stoel moet gaan staan om een beetje zicht op buiten te hebben. Maar het is maar een mooi torentje en veel variaties van afwisselend blauwe en grauwe luchten die door een blijkbaar eeuwige wind voortgedreven worden, om zich ergens windafwaarts helemaal verder leeg te regenen of te sneeuwen, of het zich onderweg verzamelend om ergens, duizenden kilometers van hier de watervoorziening een handje te gaan helpen. Al maar goed dat we nog geen manier gevonden hebben om wolken met buitenboordmotoren daarheen te sturen waar we ze wensen. Bedenk van al die koolstofuitstoot van al die buitenboordmotoren, en de geluidshinder. Onweders moeten zich voortaan ook vooraf te laten gaan door sirenegeloei, dat door een kleine verandering bij de gsm-operatoren ook rechtstreeks via je gsm te horen zal zijn. Begeleid door een sms’je met de boodschap: Nehe von Aachen, ein blitzeinslag, abstandt 58 kilometer. Keine Panik!
Vanwaar ik al die dingen weet? Als ik Ptolemea, Keizerin van Sutravia regelmatig op tijd een verse portie hapjes geef, en ze daar vet als een boeddha voor het open raam naar de duiven hiertegenover op het dak kijkt. En zich mediterend een weg baant naar mijn bewustzijn, voornamelijk naar m’n onderbewustzijn, maar steeds meer wordt evan bewust. En me verhalen vertelt die ze hoort vertellen in een voor ons onhoorbare frequentie die ook door geesten en ongeborenen wordt gebruikt. Hoe komen idéeën soms in iemands hoofd? Hoe komen sommige linken tot stand? Of zouden idéeën zich ook per scooter verplaatsen, als pizzerialeveranciers?
.